1. Een eendenwak op een schilderij van Bruno Liljefors  .
  • een·den·wak
enkelvoud meervoud
naamwoord eendenwak eendenwakken
verkleinwoord - -

het eendenwako

  1. open stuk in een ijsvlak, waar eenden zwemmen omdat het water daar niet is bevroren of waar het water niet is bevroren doordat er eenden zwemmen
     Gevraagd aan ir. H.R.A. Wessels, ijsspecialist van het KNMI, hoe hij het bestaan van het eendenwak verklaart. Welnu: Wessels hangt de kip-èn-ei oplossing aan. Watervogels zoeken wakken op die al open waren en houden die door hun aanwezigheid in stand.[1]
  1.   Weblink bron
    Karel Knip
    “Eendenwak” (7 januari 1993) op nrc.nl