duimelot
Niet te verwarren met: Duimelot |
- dui·me·lot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | duimelot | duimelotten |
verkleinwoord |
de duimelot m
- bijnaam voor de duim
- Marcouch eist een rolstoel, krukken en een mitella vanwege een speldenprik in z'n duimelot. [2]
- kinderachtige jongen of meisje
- Het woord duimelot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "duimelot" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
74 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Het Parool THEODOR HOLMAN 9 FEBRUARI 2015 Marcouch wekt de indruk niet goed te zijn ingeburgerd
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be