drosjesjåfør

En drosjesjåfør.
Een taxichauffeur.

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈdɾɔʃəʃɔˈføːɾ /

Woordafbreking

• dro·sje·sja·før

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van  drosje zn "taxi"  en  sjåfør zn "chauffeur, chauffeuse" 

Naar frequentie	221196

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	drosjesjåfør	drosjesjåføren	drosjesjåfører	drosjesjåførene
genitief	drosjesjåførs	drosjesjåførens	drosjesjåførers	drosjesjåførenes

Zelfstandig naamwoord

drosjesjåfør, m

1. (beroep), (verkeer) taxichauffeur (mannelijke vorm), taxichauffeuse (vrouwelijke vorm)

   «En drosjesjåfør ble natt til onsdag ranet i Bergen.»

   Een taxichauffeur werd dinsdagavond in Bergen beroofd.

Synoniemen

•  taxisjåfør zn 

Hyperoniemen

•  fører zn 
•  kjører zn 

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈdɾɔʃəʃɔˈføːɾ /

Woordafbreking

• dro·sje·sja·før

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van  drosje zn "taxi"  en  sjåfør zn "chauffeur, chauffeuse" 

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	drosjesjåfør	drosjesjåføren	drosjesjåførar	drosjesjåførane

Zelfstandig naamwoord

drosjesjåfør, v

1. (beroep), (verkeer) taxichauffeur (mannelijke vorm), taxichauffeuse (vrouwelijke vorm)

Synoniemen

•  taxisjåfør zn 

Hyperoniemen

•  førar zn 
•  køyrar zn