Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·maands
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen driemaands
verbogen driemaandse
partitief driemaands

Bijvoeglijk naamwoord

driemaands

  1. iedere drie maanden; om de drie maanden; een periode van drie maanden omvattend; betreffende een kwartaal
     Volgens het CBS daalde de werkloosheid doordat mensen niet meer op zoek gingen naar een baan. Maar december laat dus weer een stijging zien. Toch blijft het CBS spreken van een dalende trend, kijkend naar het driemaands-gemiddelde.[1]
     Voor nieuwe driemaands-leningen moet de staat nu 0,04 procent rente betalen. Vorige maand was dat nog 0,005 procent.[2]
     Belangrijk bij het berekeningen is de rekenrente: een driemaands gemiddelde van de marktrente. Ondanks een lichte stijging van de marktrente in september, daalde de rekenrente toch. Dat komt doordat juni, een maand waarin de rekenrente relatief hoog was, niet meer wordt meegeteld voor de rekenrente.[3]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Werkloosheid stijgt weer” (Donderdag 23 januari 2014, 09:34), NOS
  2.   Weblink bron “Nederland betaalt hogere rente” (Maandag 2 december 2013, 14:23), NOS
  3.   Weblink bron “Minder in kas bij pensioenfondsen” (Woensdag 1 oktober 2014, 15:52), NOS