Nederlands

 
driekwart
Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·kwart
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

driekwart

  1. drie vierde deel (¾)
enkelvoud meervoud
naamwoord driekwart driekwarten
verkleinwoord driekwartje driekwartjes

Zelfstandig naamwoord

de driekwartv / m

  1. drie vierde deel
  2. het grootste gedeelte
    • In driekwart van de gevallen gaat het goed. 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be