driehonderdennegenentwintig
0 | 3 | 2 | 9 |
driehonderdennegenentwintig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: driehonderdennegenentwintig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈneɣənənˌtwɪntəx / (9 lettergrepen)
- drie·hon·derd·en·ne·gen·en·twin·tig
driehonderdennegenentwintig
- "329", langere vorm van driehonderdnegenentwintig, driehonderd plus negenentwintig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft driehonderdennegenentwintig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdennegenentwintig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- driehonderdnegenentwintig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdennegenentwintig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "driehonderdennegenentwintig" ht als linkerdeel
- Het woord 'driehonderdennegenentwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)