driehonderdeneenenzestig
0 | 3 | 6 | 1 |
driehonderdeneenenzestig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: driehonderdeneenenzestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈenənˌsɛstəx / (8 lettergrepen)
- drie·hon·derd·en·een·en·zes·tig
driehonderdeneenenzestig
- "361", langere vorm van driehonderdeenenzestig, driehonderd plus eenenzestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft driehonderdeneenenzestig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdeneenenzestig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- driehonderdeenenzestig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdeneenenzestig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "driehonderdeneenenzestig" ht als linkerdeel
- Het woord 'driehonderdeneenenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)