drankkast
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- drank·kast
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van drank en kast
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | drankkast | drankkasten |
verkleinwoord | drankkastje | drankkastjes |
Zelfstandig naamwoord
- een meubelstuk waarin wijn en andere sterke drank wordt bewaard
- In de drankkast zaten flessen met sterke drank en de glazen waaruit men kan drinken.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord drankkast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.