• dou·che·beurt
enkelvoud meervoud
naamwoord douchebeurt douchebeurten
verkleinwoord

de douchebeurtv / m

  1. de keer dat men een stortbad neemt
     De verpleegkundige kijkt bedenkelijk en besluit dan dat er tijdwinst gloort. Nu kan Elza haar ogen dichtdoen om uit te rusten van de douchebeurt. Ze houdt de armsteun vast en probeert zich te ontspannen.[1]
     Bij het douchen verbruik je zo'n 10 liter water per minuut. Het is daarmee het meest waterverspillende wat je kunt doen in huis. Volgens onderzoek doen volwassenen er gemiddeld acht minuten over om zich te wassen. Dat betekent dat een Kaapstatter al meer dan het maximale dagelijkse watergebruik van 50 liter aan één douchebeurt zou verspillen.[2]
  1. Carla de Jong
    “Geheim leven” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026346132
  2.   Weblink bron
    Maxime de Vries
    “In Kaapstad zingt iedereen maar twee minuten onder de douche” (22-02-2018,), NOS