depersonalisatiestoornis
- de·per·so·na·li·sa·tie·stoor·nis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | depersonalisatiestoornis | depersonalisatiestoornissen |
verkleinwoord | - | - |
de depersonalisatiestoornis v
- (psychologie) stoornis waarbij de patiënt het gevoel heeft los te staan van de omgeving, in een droom te leven, achter glas te staan of het eigen lichaam als vreemd ervaart
- Het woord 'depersonalisatiestoornis' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.