• de·mon·streer·baar
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen demonstreerbaar demonstreerbaarder demonstreerbaarst
verbogen demonstreerbare demonstreerbaardere demonstreerbaarste
partitief demonstreerbaars demonstreerbaarders -

demonstreerbaar

  1. als instructie of voorlichting voor te doen
    • Lange tijd was voor arts en leek het moment van de dood hetzelfde en gelijk waarneembaar. Het hart stond stil, de ademhaling stokte en de levensgeesten waren geweken. De zeldzame omkeerbaarheid was af en toe demonstreerbaar aan een drenkeling, met de longen vol water. [1] 
  1. A.J. Dunning NRC 2 mei 1991