decretaal
- de·cre·taal
- naamwoord van handeling van decreteren met het achtervoegsel -aal
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | decretaal | decretaler | decretaalst |
verbogen | decretale | decretalere | decretaalste |
partitief | decretaals | decretalers | - |
decretaal [1]
- zonder inmenging van anderen een bindend besluit uitvaardigen
- Het woord decretaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "decretaal" herkend door:
20 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be