decorateur
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: decorateur (hulp, bestand)
Woordafbreking
- de·co·ra·teur
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van decoreren met het achtervoegsel -ateur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | decorateur | decorateurs |
verkleinwoord | decorateurtje | decorateurtjes |
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) iemand die decoraties aanbrengt
Verwante begrippen
- mannelijke vorm van decoratrice
Hyponiemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord decorateur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "decorateur" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be