curare
- cu·ra·re
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | curare | curares |
verkleinwoord | - | - |
- verschillende vergiften die door sommige Zuid-Amerikaanse indianenstammen worden bereid uit onder andere een bepaalde liaan Chodondendron tomentosum en andere planten, waaronder Strychnos toxifera , Strychnos guianensis en Sciadotenia toxifera om te worden gebruikt op de punten van (blaas)pijltjes
- Curare en synthetische analoga daarvan (zoals rocuroniumbromide of cis-atracuriumbesylaat) worden in de anesthesiologie gebruikt om patiënten tijdens operaties of bij beademing te verslappen
- Het woord curare staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "curare" herkend door:
49 % | van de Nederlanders; |
53 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "curare" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ curare op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
stamtijd | |||
---|---|---|---|
infinitief | 1e pers. enk. ind. praes. act. |
1e pers. enk. ind. perf. act. |
supinum |
curare | curo | curavi | curatus |
eerste vervoeging | volledig |
curare
vervoeging van |
---|
curare |
curare
- passief imperatief enkelvoud van curare
vervoeging van |
---|
curar |
curare