cultuurschok
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cul·tuur·schok
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van cultuur zn en schok zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cultuurschok | cultuurschokken |
verkleinwoord | cultuurschokje | cultuurschokjes |
Zelfstandig naamwoord
de cultuurschok m
- (sociologie) cultuurshock, botsing tussen twee of meer levenswijzen
Gangbaarheid
- Het woord cultuurschok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.