contraceptivum
- con·tra·cep·ti·vum
- afgeleid van contraceptie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | contraceptivum | contraceptiva |
verkleinwoord | contraceptivumpje | contraceptivumpjes |
het contraceptivum o
- (medisch) voorbehoedmiddel
1. voorbehoedmiddel
- Het woord contraceptivum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.