contrabande
- Geluid: contrabande (hulp, bestand)
- IPA: /kɔntrabɑndə/
- con·tra·ban·de
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘smokkelwaar’ voor het eerst aangetroffen in 1643 [1]
- afgeleid van het Franse contrebande [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | contrabande | - |
verkleinwoord | - | - |
- goederen waarmee smokkelhandel gedreven wordt
- In zijn koffer werd contrabande gevonden.
- Het woord contrabande staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "contrabande" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
61 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "contrabande" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ contrabande op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be