computercluster

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  computercluster    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• com·pu·ter·clus·ter

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  computer zn  en  cluster zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	computercluster	computerclusters
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

computercluster

1. (informatica) een aantal computers die met elkaar verbonden zijn met een snelle verbinding en die als één computer een berekening uitvoeren

Gangbaarheid

• Het woord computercluster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.