computerchip
- com·pu·ter·chip
- samenstelling van computer en chip
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | computerchip | computerchips |
verkleinwoord | - | - |
de computerchip m
- (elektronica) (informatica) een klein stukje halfgeleiderkristal waarop geïntegreerde circuits zijn aangebracht
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord computerchip staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.