Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • com·bi·ke·tel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord combiketel combiketels
verkleinwoord combiketeltje combiketeltjes

Zelfstandig naamwoord

de combiketelm

  1. ketel die voor de verwarming van de woning zorgt en voor het warme water dat uit de kraan komt

Gangbaarheid

Meer informatie