Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • colt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord colt colts
verkleinwoord coltje coltjes

Zelfstandig naamwoord

de coltm

  1. bepaald type revolver van Amerikaanse makelij
     En die tegenstanders waren voor mij altijd cowboys, alleen maar cowboys, cowboys met hun halsdoek ter vermomming voor neus en mond, cowboys met in elke hand een rokende colt, blanke veedieven die je naar het leven stonden.[4]

Gangbaarheid

60 % van de Nederlanders;
56 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen