• cij·fer·schrift
enkelvoud meervoud
naamwoord cijferschrift cijferschriften
verkleinwoord

het cijferschrifto

  1. (muziek) soort muziekschrift voor organisten
     Qua muzieknotatie die organisten gebruiken, is het notenschrift het meest ingeburgerd (85 procent). Daarnaast wordt klavarskribo gehanteerd. Een enkeling (vier organisten) gebruikt het cijferschrift, twintig mensen zeggen niets voor zich te hebben.[1]
     In de hoek van de grote woonkamer staat een pijporgel. Met trappedalen. „Ik ben nooit verder gekomen dan het cijferschrift, maar m’n zoon speelt er op.”[2]
  2. een vorm van geheimschrift dat alleen getallen gebruikt
     SIMON SINGH, CODE, De wedloop tussen makers en brekers van geheime codes en cijferschrift. Vertaald door , De Arbeiderspers, 480 blz, 1199 frank[3]
  1.   Weblink bron “Een knipoog naar Bach bij Psalm 51 (video)” (13 maart 2015)
  2.   Weblink bron
    W. H. van Egdom
    “„Veel van de vrucht blijft voor ons verborgen”” (26 mei 2006)
  3.   Weblink bron
    Geerdt Magiels
    “De onkraakbare code” (27/04/2000)