Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • ca·lien·te
  enkelvoud meervoud
mannelijk caliente calientes
vrouwelijk caliente calientes

Bijvoeglijk naamwoord

caliente

  1. warm, heet
  2. vurig, verhit
  3. opgewonden, geil

Werkwoord

vervoeging van
calentar

caliente

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calentar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calentar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calentar
vervoeging van
calentarse

caliente

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calentarse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calentarse
  3. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van calentarse


Verwijzingen