• bu·ta·gas
enkelvoud meervoud
naamwoord butagas butagassen
verkleinwoord butagasje butagasjes

het butagaso

  1. samengeperst butaan in gasvormige toestand, meestal in cilinders opgeslagen
    • Er wordt gekookt met butagas. 
84 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be