• bran·che·groep
enkelvoud meervoud
naamwoord branchegroep branchegroepen
verkleinwoord

de branchegroepv / m

  1. (economie) groep bedrijfstakken
     "Vorig jaar hebben we er al voor gewaarschuwd", zegt Rob Bouman voorzitter van de branchegroep Overheid van BDO. "Dit is een financiële veenbrand. De situatie is onhoudbaar."[1]
  1.   Weblink bron “Meeste gemeenten verwachten begrotingstekort: 'Situatie onhoudbaar'” (Donderdag 14 januari 2021, 10:17), NOS