Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bos·ei·ge·naar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boseigenaar boseigenaren
boseigenaars
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de boseigenaarm

  1. (bosbouw) persoon of organisatie die een bos bezit
     Moet Staatsbosbeheer, de grootste boseigenaar van Nederland, stoppen met het kappen van grote delen bos, zoals natuurorganisaties eisen. Of is het kappen juist een goede methode om de biodiversiteit in Nederland te versterken?[1]
     Moet Staatsbosbeheer, de grootste boseigenaar van Nederland, stoppen met het kappen van grote delen bos, zoals natuurorganisaties eisen. Of is het kappen juist een goede methode om de biodiversiteit in Nederland te versterken?[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Staatsbosbeheer wil duidelijker bosbeleid van minister” (Maandag 15 april 2019, 16:56), NOS
  2.   Weblink bron “'Staatsbosbeheer laat zich leiden door de houtindustrie'” (Maandag 15 april 2019, 19:03), NOS