Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bos·be·drijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosbedrijf bosbedrijven
verkleinwoord bosbedrijfje bosbedrijfjes

Zelfstandig naamwoord

het bosbedrijfo

  1. een bedrijf voor bosbeheer gericht op vrije natuur, recreatie en of houtproductie
    • Aan de oostelijke rand bleef grondgebonden landbouw bestaan, maar de rest van het landgoed werd ingericht als een bosbedrijf, met rechte kavels en een geheel nieuwe wegen- en padenstructuur. 
Synoniemen

Gangbaarheid