bonte bosuil
- (IPA in voorbereiding)
- bon·te bos·uil
- verbinding van bonte en bosuil
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bonte bosuil | bonte bosuilen |
verkleinwoord | bont bosuiltje | bonte bosuiltjes |
de bonte bosuil m
- (uilen) Strix virgata een lid van de familie van de 'echte' uilen (Strigidae). Deze soort komt voor van Mexico tot Brazilië en Argentinië en telt 7 ondersoorten
- Het woord 'bonte bosuil' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.