blauwkapifrit

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  blauwkapifrit    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• blauw·kap·ifrit

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  blauw bn,   kap zn  en  ifrit zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	blauwkapifrit	blauwkapifrits
verkleinwoord	blauwkapifritje	blauwkapifritjes

Zelfstandig naamwoord

blauwkapifrit

1. (zangvogels) Ifrita kowaldi  een vrij kleine zangvogel uit het monotypische geslacht Ifrita

Hyperoniemen

• ifrita's, zangvogels

Gangbaarheid

• Het woord 'blauwkapifrit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.