• bin·nen·dijk
enkelvoud meervoud
naamwoord binnendijk binnendijken
verkleinwoord binnendijkje binnendijkjes

de binnendijkm

  1. (waterbeheer) dijk die, zolang de buitendijk het water keert, geen dienst hoeft te doen
  2. (waterbeheer) dijk langs een binnenwater