Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·wo·ners·co·mi·té
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bewonerscomité bewonerscomités
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bewonerscomitéo

  1. groep met elkaar samenwerkende inwoners van een bepaald gebied; groep mensen die de inwoners van een bepaald gebied vertegenwoordigen
     Het bewonerscomité van de Borgo Pio is er niet gerust op. Hun hoop is gevestigd op paus Franciscus. “Hij moet deze ontwikkeling stoppen”, zegt Luigi Peccerella van het bewonerscomité. “Het lijkt ons dat de commerciële verhuur van de panden op deze schaal tegen de leer is die de paus zelf predikt. We hebben niets tegen McDonald’s, maar we zijn wel tegen het gigantisch grote filiaal dat ze krijgen in een gebied dat door Unesco erkend is als historisch erfgoed.”[1]
     Het bewonerscomité kent volgens de burgemeester niet alle cijfers. "Daar is men niet heel erg in geïnteresseerd."[2]
     De bewoners van de flat wonen al sinds juni ergens anders. Mitros hoopt het bewonerscomité op 17 september meer te kunnen vertellen over wanneer de bewoners weer terug kunnen.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Nu ook Hard Rock Cafe om de hoek van het Vaticaan” (Zondag 23 oktober 2016, 16:15), NOS
  2.   Weblink bron “Burgemeester verwerpt kritiek over sanering Wateringen” (Woensdag 6 januari 2016, 11:35), NOS
  3.   Weblink bron “Schoonmaak Kanaleneiland langer” (Woensdag 5 september 2012, 14:23), NOS