• beurt·rol
enkelvoud meervoud
naamwoord beurtrol beurtrollen
verkleinwoord

de beurtrolv / m

  1. schema waarin een taak door verschillende mensen beurtelings uitgevoerd wordt
     Al vele jaren kunnen we hiervoor op enkele trouwe KBF-leden rekenen die, in een beurtrol, weekend na weekend paraat staan om KBF-leden te helpen met hun vragen.[2]
  2. evenredige vrachtverdeling
41 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]
  1. beurtrol op website: Etymologiebank.nl
  2. Annelore Orije, Reginald Roels
    “Vrijwilligers in de kijker: 'de SOS-dienst'”, Monte 2024/1 (2024), Klim- en Bergsportfederatie Vlaanderen, p. 17
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be