Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • beurs·waak·hond
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beurswaakhond beurswaakhonden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de beurswaakhondm

  1. (financieel) toezichthoudende instantie voor de handel op de effectenbeurs, in Nederland de 'Autoriteit-FM', in de Verenigde Staten de SEC
    • Een klokkenluider die bij Deutsche Bank boekhoudfraude aan het licht bracht, heeft een prijs van enkele miljoenen van de Amerikaanse beurswaakhond SEC afgewezen [1] 

Meer informatie

Verwijzingen

Gangbaarheid