Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • beu·ken·spie·gel·mot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beukenspiegelmot beukenspiegelmotten
verkleinwoord beukenspiegelmotje beukenspiegelmotjes

Zelfstandig naamwoord

de beukenspiegelmotv / m

  1. (vlinders) Cydia fagiglandana   een nachtvlinder uit de familie Tortricidae, de bladrollers. De beukenspiegelmot heeft beuk, en in veel mindere mate eik als waardplanten. De rupsen leven in de beukennootjes en overwinteren, soms tweemaal
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie