benadelingswaan
- be·na·de·lings·waan
- samenstelling van benadeling zn en waan zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | benadelingswaan | |
verkleinwoord |
de benadelingswaan m
- (medisch) waanvoorstelling dat men moedwillig wordt gedwarsboomd
- Het woord benadelingswaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.