begrotingsplan
- be·gro·tings·plan
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | begrotingsplan | begrotingsplannen |
verkleinwoord | begrotingsplannetje | begrotingsplannetjes |
het begrotingsplan o
- (economie) voornemen over de inkomsten en uitgaven van een organisatie
- ▸ Vanochtend sprak Van Rompuy nog met verschillende regeringsleiders over het nieuwe begrotingsplan dat hij heeft gemaakt.[1]
- ▸ Dat zei Sheila Dikshit, regeringschef van New Delhi, vandaag tegen Indiase media tijdens de presentatie van haar begrotingsplan. "We gaan ook trainingen geven om vrouwen weerbaarder te maken", aldus Dikshit.[2]
- Het woord begrotingsplan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Rutte bij EU-top: 'nog veel werk'” (Vrijdag 23 november 2012, 10:55), NOS
- ↑ Weblink bron “Tax-free pepperspray in strijd tegen verkrachting” (Donderdag 21 maart 2013, 19:03), NOS