basiselement

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  basiselement    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ba·sis·ele·ment

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  basis zn  en  element zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	basiselement	basiselementen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het basiselement o

1. bestanddeel dat niet gemist kan worden

   ▸ Na weer enkele jaren in de luwte keerde Van Basten in 2012 terug als trainer, eerst van sc Heerenveen en later van AZ. Bij de Alkmaarders deed Van Basten na gezondheidsproblemen al snel een stapje terug. Endt herkent de problemen die Van Basten met de stress had. "Dat merkte je ook al bij Ajax. Door zijn drang naar perfectie en het feit dat er zoveel invloeden zijn, werd hij onrustig. Hij verloor zijn grip op dingen en het plezier in wat hij deed. Plezier is bij hem een basiselement."

   ▸ Daarnaast produceerde de fabriek minder klinker, een basiselement voor cement, sinds de oven van de fabriek begin dit jaar werd gesloten. Het bedrijf werd daardoor afhankelijk van de invoer van dat product. Dat was een handicap omdat zeeschepen met een grote capaciteit niet over de Maas naar Maastricht kunnen varen, schrijft 1Limburg.

Synoniemen

• grondbestanddeel, basismateriaal

Gangbaarheid

• Het woord basiselement staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.