bargoens
Niet te verwarren met: Bargoens |
- bar·goens
- van Bargoens "dieventaal", geschreven met een kleine letter volgens de uitzondering op spellingregel 16.I: "Een woord dat op een subjectieve manier een taal noemt, schrijven we met een kleine letter."
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bargoens | - |
verkleinwoord | - | - |
het bargoens o
- (pejoratief) groepstaal die voor buitenstaanders onbegrijpelijk is
- De leden van deze Kamer zouden volgens die critici bestaan uit politieke dwergen, die elkaar in onverstaanbaar bargoens de oren wassen om keutels. [1]
- Het woord 'bargoens' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bargoens" herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
63 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Bolkestein, F.geciteerd in:Bos, A."Binnenhof Bargoens" (5 februari 2014) op website Radboud Universiteit: ru.nl; geraadpleegd 2019-09-15
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be