banter
- Geluid: banter (VK) (hulp, bestand), banter (VS) (hulp, bestand), banter (AU) (hulp, bestand)
enkelvoud | meervoud |
---|---|
banter | banters |
pester
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to banter |
he/she/it | banters |
verleden tijd | bantered |
voltooid deelwoord |
bantered |
onvoltooid deelwoord |
bantering |
gebiedende wijs | banter |
banter
- overgankelijk bespotten, plagen ww
- overgankelijk een poets bakken, misleiden
- onovergankelijk badineren, gekscheren, schertsen