balvaardigheid
- bal·vaar·dig·heid
- samenstelling van bal zn en vaardigheid zn
- Afgeleid van balvaardig met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | balvaardigheid | balvaardigheden |
verkleinwoord |
- de technische vaardigheid waarmee een voetballer met de bal om kan gaan
- ▸ En dat is niet gek, want de gelijkenis is treffend. Alleen de tatoeages - en balvaardigheid - verraden dat het niet om de echte Messi gaat.[2]
- ▸ Fraser wist dat Vitesse de underdog was. "Wij komen uit pot vier. We wisten van tevoren dat Lazio en Nice beter zouden zijn. We moeten in Nederland beseffen dat zij een bepaald niveau hebben, qua balvaardigheid en fysiek."[3]
- Het woord balvaardigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Iraanse lookalike van Messi zorgt voor chaos” (Dinsdag 9 mei 2017, 10:37), NOS
- ↑ Weblink bron “Vitesse ziek van zeperd, 'die 2-0 kost je de wedstrijd'” (Donderdag 28 september 2017, 23:07), NOS