balansegonge
- ba·lan·se·gon·ge
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | balansegonge | balansegonga | balansegonger | balansegongene |
balansegonge, v
- (sport) de gang (voortbewegingswijze) bij het balanceren (bijv. op een evenwichtsbalk of een liggende boom over het water)
- (figuurlijk) een moeilijk zoeken naar evenwicht tussen verschillende interesses
- [1-2]: balansegang
- [1]: balansere