bacterieel
- Geluid: bacterieel (hulp, bestand)
- bac·te·ri·eel
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | bacterieel | bacteriëler | bacterieelst |
verbogen | bacteriële | bacteriëlere | bacterieelste |
partitief | bacterieels | bacteriëlers | - |
bacterieel [1]
- door bacteriën veroorzaakt
- bacteriën betreffende
- Het woord bacterieel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bacterieel" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be