backhanded
- Geluid: backhanded (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈbækˌhændəd/
- samenstelling van back en hand met het achtervoegsel -ed. [1]
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
backhanded | more backhanded | most backhanded |
backhanded
- met de achterkant van de hand
- met de hand en/of arm achterwaarts gaand
- indirect, wollig
- onoprecht, gluiperig, geveinsd vriendelijk
- slordig, haastig
- (VK) back-handed
- backhanded apology
vage, wollig uitgedrukte verontschuldiging
- backhanded compliment
belediging vermomd als compliment
- ↑ Weblink bron backhanded in: Oxford Etymological Dictionary, second edition (1989) op oed.com