avondspits
- Geluid: avondspits (hulp, bestand)
- avond·spits
- samenstelling van avond en spits
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | avondspits | avondspitsen |
verkleinwoord | - | - |
- (verkeer) de grote verkeersdrukte aan het einde van de middag en het begin van de avond
- Hij wilde graag vroeg vertrekken, zodat hij de avondspits voor kon zijn.
- Het woord avondspits staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "avondspits" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be