• avond·col·le·ge
enkelvoud meervoud
naamwoord avondcollege avondcolleges
verkleinwoord

het avondcollegeo [1]

  1. (onderwijs) bijeenkomst in de avonduren waarin een docent een bepaald onderwerp uitlegt aan studenten
     In maart 2015 verscheen een 22-jarige vrouw bij het ziekenhuis met haar moeder. Ze gaf aan enkele dagen geleden seksueel misbruikt te zijn door een leeftijdsgenoot, terwijl een tweede man op de uitkijk stond. De verkrachting vond plaats na een avondcollege, waarna de groep in een bar nog iets ging drinken. "Daar hebben de twee iets in haar drankje gegooid", zegt de advocaat van de vrouw tegen The Guardian.[2]
     De universiteit neemt te veel studenten aan voor het budget dat de organisatie ontvangt, stelt Van de Glind, waardoor maatregelen als avondcolleges onvermijdbaar zijn. De studenten vinden het oneerlijk dat zij de dupe zijn van dat beleid. "De groei is de afgelopen jaren rond de 10 procent geweest."[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Italiaanse rechters vinden vrouw 'te mannelijk' om verkracht te worden” (Dinsdag 12 maart 2019, 21:14), NOS
  3.   Weblink bron “Wageningse studenten willen niet in de avond naar college” (Donderdag 19 mei 2016, 07:52), NOS