• au·to·pa·pie·ren
enkelvoud meervoud
naamwoord - autopapieren
verkleinwoord - -

de autopapierenmv

  1. (verkeer) documenten die volgens de wet aantonen dat een motorvoertuig in het verkeer gebruikt mag worden, het kentekenbewijs en het verzekeringsbewijs
99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[2]