• (IPA in voorbereiding)
  • au·gur·ken·struik
enkelvoud meervoud
naamwoord augurkenstruik augurkenstruiken
verkleinwoord augurkenstruikje augurkenstruikjes

de augurkenstruikm

  1. (bloemplanten) Decaisnea insignis   een struik uit de familie Lardizabalaceae  . De soort komt oorspronkelijk uit Oost-Azië, onder meer uit India, Nepal, Bhutan, China en Myanmar. In Nederland en België wordt de struik gebruikt als tuinplant