arbitrant
- ar·bi·trant
- Naamwoord van handeling van arbitreren met het achtervoegsel -ant[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | arbitrant | arbitranten |
verkleinwoord | - | - |
de arbitrant m
- iemand die arbitreert (arbitrage uitoefent)
- Het woord 'arbitrant' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.