Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: applique


 
1. Het appliqué van dit doek heeft de vorm van een kruis.
  • ap·pli·qué
enkelvoud meervoud
naamwoord appliqué -
verkleinwoord - -

het appliquéo

  1. versiering van een oppervlakte door daarop een motief gemaakt van ander materiaal aan te brengen
    • Amateur-archeologen van de AWN-afdeling Naerdinklandt hadden in 2012 ook al verschillende militaire objecten gevonden: kogels, munten, en drie knopen en een appliqué van een sjako (militaire pet) met de regimentsaanduiding "3". [3]
  • in appliqué
    met ander materiaal dat als versiering op de oppervlakte is aangebracht
• 't Hooft begon in 1934, toen ze nog op de academie zat, met het maken van wandkleden in appliqué met wollen draden en ging borduren. [4]
70 % van de Nederlanders;
56 % van de Vlamingen.[5]


appliqué

  1. voltooid deelwoord (participe passé) van appliquer