Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ap·per·cep·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord apperceptie appercepties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de apperceptiev

  1. (psychologie) een bewuste waarneming
     De algemene schilderskwaal van de loodwitvergiftiging herkennend had Willem Augustijn een korte apperceptie van het Workumer trekschip waarin hij ooit, terugkerend uit de diepste diepten van zijn triduum, voorstellingen had gehad van hoe alleen beenzwart de volmaakte witheid van de suiker kon bewerken, of ook hoe juist wassing met helder galappelextract onzichtbare inkt zwart deed worden[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen